Authenticiteit is hot. Het woord wordt te pas en te onpas in de mond genomen en roept allerlei sterke reacties bij mensen op.
Grofweg zie ik twee kampen:
Aan de ene kant de grote groep voorstanders en fans: Ik lees het veel in ‘feel good magazines’, op internet, hoor het coaches noemen: volledig jezelf zijn is het hoogste goed. Hoe meer jezelf, hoe beter.
Aan de andere kant de authenticiteits-sceptici met een sterk ontwikkelde allergie. Ze betwijfelen ten zeerste of ‘jouw authentiek- zijn’ wel zo gewenst is voor anderen. Of wijzen op de zogenaamde authenticiteitsparadox: “Elk verlangen naar authenticiteit slaat in het tegendeel om. Op het moment dat je naar het authentieke verlangt, is het inauthentieke in de wereld”. De woorden van filosoof en schrijver Maarten Doorman, één van de meest toonaangevende (en leukste) sceptici die ik ken.
Tijd om de twee grootste misverstanden over authenticiteit uit de (uit mijn) wereld te helpen…
In dit artikel ga ik in op het grootste misverstand, komend van de fans. In het volgende artikel komt het grootste misverstand aan bod dat ik steeds terug zie komen bij veel sceptici.
Misverstand nummer 1: Authentiek is 100% jezelf zijn
Komend van de fans dus. Of het überhaupt wel kan, je ware zelf zijn (omdat ons zelfbeeld vaak extern is bepaald), daar wil ik mijzelf nu niet in verliezen.
Waar het mij om gaat is het stukje tekst daarvoor, over die 100%. Volledig jezelf zijn als het hoogste goed. Het suggereert dat je echt bent en niets, maar dan ook niets achterhoudt of tegenhoudt.
Ook bij de critici hoor ik deze 100%-aanname impliciet. Vaak volgt er een voorbeeld van iemand die nogal lomp en ongecensureerd uitvalt tegen een ander. Om te illustreren dat teveel authenticiteit meer kapot maakt dan je lief is. “Je ziet er uit als een sloerie!”, zei een manager tegen een medewerker. Het liep uit op een stevige rel en het kwam nooit meer goed tussen beiden. Authentiek en heel dom”.
Authentiek zijn staat echter niet gelijk aan altijd 100% open zijn over alles wat je denkt en voelt. En dat geldt niet alleen voor ongeremde reacties. Ook niet-lompe en goed bedoelde openheid is niet altijd gewenst.
Een mooi voorbeeld hiervan kwam naar voren in één van de gesprekken die ik had met Mariska Cornelissen (werkend aan artikel nummer drie in de 12-delige serie voor trainers “Relaxter trainen met Onvergetelijk Effect“). Tijdens een training – volop experimenterend met het gedachtengoed van de Kracht van Kwetsbaarheid- vertelde ze heel eerlijk aan de groep wat haar bezig hield op dat moment. Tadaaa, dacht ze. Ben ik lekker kwetsbaar bezig. En dan nu dus de groep!
Het liep echter totaal anders. Opeens werd zij ter discussie gesteld. “Mensen gingen mij ineens allemaal helpen. Ik werd onderwerp van discussie, terwijl zij iets moesten leren”. Alle verschillende inzichten die hieruit voortkwamen bewaar ik voor in het artikel. Maar eentje deel ik hier al graag: “Je bent pas volop van waarde voor je cursist als je in zijn proces kunt zitten en niet in je eigen proces.” Open zijn over jouw proces als je er nog middenin zit, dat leidt deelnemers vaak alleen maar af.
Je kunt vaak meer zeggen dan je denkt. Maar alles maar met iedereen delen? Dat zou je niet moeten willen, als mens niet en ook niet als trainer. Dat is niet fijn voor jou en niet fijn voor de groep. Je hebt een functie als trainer en die is de groep te dienen.
De groep dien je niet door 100% open en jezelf te zijn. Wel door jezelf te dienen. Door de stress weg te halen die anders gaat staan tussen jou en de groep. Door te geloven in je programma en in je boodschap, door op zoek te gaan naar wat jij nodig hebt om lekker te trainen, door je eigen kwaliteiten te benutten, te kunnen lachen om je tekortkomingen en je persoonlijke verhaal en worstelingen open te delen (als het jouzelf en de groep dient).
Authentiek trainen is voor mij streven naar een mix tussen mijn persoon en het trainersvak. Bij alles wat ik bijleer over het vak, vraag ik mij expliciet af hoe dit past bij mij als persoon. En bij wat ik weet over mijzelf, vraag ik mij hardop af óf en hoe ik dit in kan zetten in mijn rol als trainer.
Het maakt mij bijvoorbeeld niet onauthentiek als ik een gebroken nacht met een ziek kind niet open deel met een groep. Dit doen zou noch mijzelf noch de groep dienen. Mijn deelnemers zouden zich maar zorgen gaan maken: “lekker dan, ik hoop dat ze er wel bij is met haar hoofd”. Ikzelf wil er helemaal zijn in het volle nu, en niet denken aan wat er thuis ook gebeuren moet. Dan train ik op mijn best.
Authentiek zijn als trainer is niet ‘hoe meer jezelf, hoe beter’. Wel: je vak verstaan én je eigen persoon daarin meenemen waar kan.
(tip: wil je meer lezen over de mix tussen je rol en je persoon, abonneer je dan vooral op de gratis 12-delige serie over authenticiteit speciaal voor trainers. En lees deel 1; een gesprek met Karin de Galan).
Geloof jij in de volle 100% of in de mix? Hieronder kun je je reactie kwijt:
Gerelateerd artikel: Het grootste misverstand over authentiek zijn (komend van sceptici)
Ik had het vandaag met iemand er over..
Ben je een goede trainer als je zelf geraakt durft te worden?
Ik denk dat je die kwetsbaarheid moet hebben, én tegelijkertijd de kracht om het proces bij de deelnemers te laten. Die grens is zoooo subtiel!. Je uit professionaliteit niet laten raken is ook niet goed.
Ja, het is heel mooi als je als trainer zelf geraakt durft te worden, zowel positief als negatief. Dat maakt je niet onprofessioneel. Sterker nog, als je je aan het groot houden bent is dat niet lekker werken voor jezelf en absoluut niet veilig en open voor je deelnemers. Het is alleen zoeken wanneer je die geraaktheid open deelt met je groep, of wanneer je deze houdt voor thuis. Na de training. In intervisie, noem maar op.
Ik ben op het moment meer aan het lezen over congruentie, in therapieën. (Als het gedrag van de therapeut overeenkomt met wat hij van binnen voelt). Bere-interessant. (Wie weet wel blogvoer later..) Een voorwaarde van een congruente reactie bijvoorbeeld is dat deze direct de cliënt betreft, en niet alleen relevantie heeft voor de therapeut. Omdat het een herinnering triggert bijvoorbeeld. Deze is dan wel een reactie op de cliënt, maar je drukt ze niet uit, omdat ze zeer waarschijnlijk geen relevantie hebben voor de ervaringen van de cliënt. Omdat het de focus en de ervaring van de cliënt alleen maar kan verstoren in dat geval.
Volgens mij gaat dit ook op voor trainingen. Wordt zeker vervolgd…. 🙂